NL FR EN
www.belgium.be

Epidemieën en Ongelijkheid in België van de Pest tot COVID-19. Wat leert geschiedenis over ongelijke kwetsbaarheid en veerkracht tijdens en na pandemieën? (EPIBEL)

Onderzoeksproject B2/202/P3/EPIBEL (Onderzoeksactie B2)

Personen :

Beschrijving :

EPIBEL wil ongelijkheden in de impact van COVID-19 in kaart brengen en verklaren door het aanreiken van een historisch perspectief, waarbij de huidige pandemie geïntegreerd wordt in de bredere geschiedenis van pandemieën in België. Een pandemie als COVID-19 kan iedereen treffen, maar de kans op ernstige ziekte en overlijden is niet voor iedereen gelijk. En ook de economische gevolgen lijken zeer ongelijk verdeeld, al naargelang beroep, woonplaats, leeftijd, inkomen enzovoort. We weten echter nog weinig over die ongelijkheden en al helemaal niet op langere termijn. COVID-19 is echter niet de eerste grote pandemie die de wereld treft. Daarom vergelijkt EPIBEL de ongelijke impact van COVID-19 systematisch met vijf eerdere epidemieën: de 'Spaanse' griep van 1918/19, de cholera-epidemie van 1866, dysenterie in 1692/93 en de pest in 1438/39 en 1556/59. Elk van deze gebeurtenissen werd door tijdgenoten als bijzonder dodelijk beschouwd. Als gevolg daarvan werden zij goed gedocumenteerd en hebben zij bijgedragen tot de uitbouw van beleid en know-how rond epidemische ziektes. EPIBEL wil het ‘pandemisch geheugen’ van België verder uitbouwen, en legt daarbij de nadruk op ongelijkheid in kwetsbaarheid en veerkracht. Vier toonaangevende Belgische onderzoeksgroepen slaan daartoe de handen in elkaar : AIPRIL – the Antwerp Interdisciplinary Platform for Research into Inequality (Tim Soens, EPIBEL coördinator), UGent Quetelet Centre for Quantitative Historical Research (Isabelle Devos), UCL Center for Demographic Research en Centrum voor Stadsgeschiedenis (Hilde Greefs).


EPIBEL heeft vijf concrete doelstellingen, die elk corresponderen met een specifiek WP:

• WP1 wil weten wie stierf als gevolg van COVID-19 en waarom sommige groepen meer getroffen werden dan andere. EPIBEL matcht daartoe individuele doodsoorzaken met gegevens uit het Rijksregister; volkstellingen en overlijdensregistraties. Door middel van demografische en ruimtelijke analyses zal EPIBEL in staat zijn om COVID-19 mortaliteit sociaal en ruimtelijk te analyseren.

• WP2 onderzoekt hoe ongelijkheden in COVID-19 mortaliteit verschillen van ongelijkheden in mortaliteit tijdens vorige pandemieën. Via HISSTER (voor 1866 en 1918/19) en STREAM (voor 1692/93) kan EPIBEL steunen op uitzonderlijke datasets die moeten worden uitgebreid en verfijnd voor de geselecteerde epidemieën. Voor een steekproef van afzonderlijke steden en plattelandsregio's zal het sociaal profiel van de slachtoffers worden geanalyseerd op basis van doodsoorzakenregisters, parochieregisters, kerkrekeningen en kadastrale gegevens (POPPKAD). Dit zal aangevuld worden met een ruimtelijke analyse van lokale leefomstandigheden.

• WP3 onderzoekt vervolgens de impact van die historische pandemieën op werkgelegenheid en inkomen, om te begrijpen hoe sociaal-economische ongelijkheid interageerde met ongelijkheden inzake mortaliteit. Statistische gegevens over de arbeidsmarkt, lonen en levensduurte worden daartoe gecombineerd te combineren met een meer diepgaande analyse van loonadministraties en inkomensverdeling voor specifieke steden en regio’s.

• EPIBEL wil ook begrijpen hoe sociale voorzieningen en armoedebeleid de impact van de pandemie op de minst bevoorrechte groepen in de samenleving konden beïnvloeden (WP4) EPIBEL combineert daartoe statistische gegevens over armoede met diepgaand archiefonderzoek naar A) de organisatie van sociale voorzieningen; B) de aard van de steun; C) de ontvangers van steun en D) het publieke debat over sociale voorzieningen en armoedebeleid tijdens en na pandemieën.

• WP5 richt zich tot slot op de rol van beleid, van zogenaamde niet-farmaceutische maatregelen tot fiscale politiek. Via het in kaart brengen van betrokken actoren, en een kwalitatieve analyse van beleid en publiek debat (via rapporten, notulen van vergaderingen, regelgeving etc.) onderzoekt dit WP hoe beleid in het verleden de ongelijke kwetsbaarheid en veerkracht in tijden van pandemieën kon beïnvloeden.


Verwachte resultaten en impact:
EPIBEL integreert COVID-19 in de lange geschiedenis van epidemieën in België, met bijzondere aandacht voor ongelijke kwetsbaarheid en veerkracht. Daartoe zal EPIBEL vijf werkinstrumenten ontwikkelen met bijzonder belang voor onderzoek en beleid:

(1) een up-to-date historisch overzicht van dodelijke uitbraken van epidemische ziektes in België/de Zuidelijke Nederlanden.

(2) een profiel (sociaal-economisch en sociaal-demografisch) van de epidemische mortaliteit vanaf de Pest tot COVID-19
(3) een atlas van epidemieën en ongelijkheid

(4) indexcijfers over werkgelegenheid en sociale zorg vóór, tijdens en na epidemieën

(5) een beleidsmatrix met maatregelen en hun effect op mortaliteit, kwetsbaarheid en veerkracht.

De resultaten zullen worden gecommuniceerd via wetenschappelijke papers alsook via halfjaarlijkse beleidsnota's.
Bovendien zal EPIBEL zijn resultaten vertalen in showcases en tools voor verschillende doelgroepen, van (secundaire) scholen over gezondheidszorg tot familiehistorici.
Door de uitbouw van een collectief ‘pandemisch geheugen’ wil EPIBEL de alertheid voor toekomstige pandemieën verhogen én tegelijk meehelpen aan de uitbouw van beleid dat structureel rekening houdt met de ongelijke impact van pandemieën. In dat laatste schuilt een belangrijke sleutel om de maatschappelijke kwetsbaarheid voor dodelijke pandemieën te verminderen en de veerkracht van de samenleving te versterken.