NL FR EN
www.belgium.be

Zorgtrajecten van etnisch-culturele minderheden in de verslavingszorg

Onderzoeksproject DR/28 (Onderzoeksactie DR)

Personen :

Beschrijving :

1. Problematiek en hypothesen

Uit buitenlands onderzoek is gebleken dat allochtonen die illegale drugs misbruiken er moeilijk of helemaal niet in slagen gebruik te maken van bestaande (gespecialiseerde) zorgvoorzieningen. Vergelijkbare problemen inzake de toegankelijkheid van de zorg stelde men ook vast in instellingen voor alcoholverslaafden. Nochtans heeft epidemiologisch onderzoek aangetoond dat etnisch-culturele minderheidsgroepen juist kwetsbaarder zijn voor middelenmisbruik dan autochtonen. Verschillende barrières kunnen echter de toegang tot de alcohol- en drughulpverlening bemoeilijken zoals taal- en communicatieproblemen en een gebrek aan culturele gevoeligheid van bestaande diensten. Behalve de toegankelijkheid blijkt ook het vervolg van het zorgtraject vaak problematisch te verlopen. Zo hebben allochtone cliënten minder kans op het succesvol volbrengen van een gevolgde behandeling en haken ze vaker vroegtijdig af. Deze vaststelling houdt een ongunstige prognose in voor de kans op een succesvolle outcome na afloop van de behandeling.
Aangezien in ons land bijzonder weinig bekend is over de vertegenwoordiging van allochtonen in de verschillende zorgstructuren, wensen we na te gaan of alcohol- en druggebruikers die behoren tot etnisch-culturele minderheden inderdaad minder vaak of op een andere manier gebruik maken van het bestaande hulpverleningsaanbod. We zullen hierbij volgende hypothesen toetsen op hun plausibiliteit: “dubbele uitsluiting” of “dubbele isolering”; “concurrentie tussen activiteiten op het vlak van preventie en zorg aangaande middelengebruik door zelforganisaties en moskeeën enerzijds en door de reguliere zorgstructuren anderzijds”; en “cultural blindness”.

2. Doelstellingen

Een eerste doelstelling bestaat uit het vergelijken van de zorgtrajecten van autochtone en allochtone alcohol- en druggebruikers en het opsporen van verschillen op het vlak van de toegang tot, participatie aan en retentie in diverse verzorgingsinstellingen en de gespecialiseerde verslavingszorg. Eens de verschillen met betrekking tot de zorgtrajecten zijn onderzocht, willen we nagaan welke factoren en werkingsmechanismen het zorgtraject van etnisch-culturele minderheden (kunnen) bemoeilijken of stimuleren, en in welke mate. De derde doelstelling bestaat uit het formuleren van concrete aanbevelingen om de moeilijkheden met betrekking tot de toegankelijkheid en het zorgtraject van etnisch-culturele minderheden weg te werken.

3. Methodologie

Teneinde deze doelstellingen te verwezenlijken en de onderzoeksvragen te beantwoorden, bestaat het onderzoek uit drie luiken: een literatuurstudie, een kwantitatief en een kwalitatief onderzoek.

Het onderzoek start met een literatuurstudie die gericht is op het in kaart brengen van de ondervertegenwoordiging van etnisch-culturele minderheden in de alcohol- en drughulpverlening en de voornaamste redenen hiervoor. Het doorgronden en evalueren van de zorgbehoeften van allochtonen en de processen volgens dewelke bestaande diensten beter aan deze noden kunnen beantwoorden, vormen hierbij een belangrijke focus. In functie van het formuleren van aanbevelingen over geschikte werkwijzen en strategieën om deze ondervertegenwoordiging tegen te gaan, zullen een aantal voorbeelden van “good practice” verdiept worden aan de hand van een studiebezoek.

Wat het kwantitatief onderzoeksluik betreft, merken we dat registratiegegevens over de in- en uitstroom in de alcohol- en drughulpverlening in België een teer punt vormen. Ondanks heel wat inspanningen op dit punt, gebeurt registratie niet op uniforme wijze en is deze versnipperd over verschillende sectoren en gemeenschappen/regio's. Een bijkomende moeilijkheid betreft de manier waarop etnisch-culturele minderheden in deze databanken geregistreerd worden.
Daarnaast bevatten de bestaande databanken (bv. MPG, VVBV, TOXIBASE) uitsluitend gegevens per sector en/of per gemeenschap, zodat deze niet kunnen benut worden in functie van de vergelijking van zorgtrajecten op langere termijn en over zorginstellingen heen. Daarom wordt ervoor geopteerd om het kwantitatief onderzoek te baseren op de databanken van de mutualiteiten die instaan voor de (gedeeltelijke) terugbetaling van medische prestaties verstrekt door huisartsen, in ziekenhuizen en gespecialiseerde voorzieningen. Dit lijkt de enige manier om trajecten door de tijd en over instellingen heen na te gaan. Op basis van de gegevens van de mutualiteiten zal het zorgtraject van een cohorte personen met alcohol- en drugproblemen (zowel autochtonen als allochtonen) over een periode van 28 maanden opgevolgd en vergeleken worden. Hierbij zal, zoals voorgesteld in de onderzoeksoproep, de etnische afkomst bepaald worden aan de hand van de naam van de patiënt (cf. Lodewyckx et al., 2005), in combinatie met de variabele “nationaliteit” en/of “geboorteland”.
Gezien de databanken van de mutualiteiten enkel betrekking hebben op medische prestaties ten aanzien van cliënten en geen informatie bevatten over de sociaal-culturele achtergrond van patiënten, zal deze informatie aangevuld worden met een secundaire analyse van eerder verzameld onderzoeksmateriaal, enerzijds onderzoeksdata uit een onderzoek binnen de alcohol- en drughulpverlening in de provincie Antwerpen en anderzijds EuropASI-gegevens van de vzw De Sleutel. Deze analyses zullen bovendien ook toelaten autochtone en allochtone cliënten te vergelijken op het vlak van de ernst van hun verslaving en ermee gerelateerde problemen.

Met het kwalitatief onderzoeksluik pogen we de bevindingen uit het kwantitatief onderzoeksgedeelte beter te duiden en op zoek te gaan naar de factoren en werkingsmechanismen die de toegang tot de zorg bemoeilijken en het vervolg van het zorgtraject beïnvloeden. Vanuit de veronderstelling dat personen die de geschetste problemen dagdagelijks aan den lijve ervaren ook het best kunnen bijdragen tot de oplossing ervan, worden verschillende direct betrokkenen aan het woord gelaten. Omdat we tijdens het kwantitatief luik enkel focussen op personen die gebruik maken van de reguliere (medische) hulpverlening, willen we aan deze (mogelijke) bron van bias tegemoet komen door in dit gedeelte zowel vertegenwoordigers van allochtone verenigingen en belangenorganisaties te betrekken als personen die geen gebruik maken van de reguliere zorg.
- Semi-gestructureerde interviews met allochtone alcohol- en drugverslaafden: In 4 grootstedelijke gebieden (Antwerpen, Brussel, Charleroi en Gent) zullen telkens minstens 10 allochtone alcohol- en drugverslaafden bevraagd worden over hun zorgbehoeften, zorggebruik en de toegankelijkheid van de (gespecialiseerde) hulpverlening. Voor de samenstelling van deze steekproef zal rekening gehouden worden met een evenredige vertegenwoordiging van de voornaamste minderheden binnen de allochtone gebruikerspopulatie.
- Focusgroepen met sleutelfiguren: In de focusgroepen zullen vertegenwoordigers van de reguliere hulpverlening én van allochtone verenigingen en (belangen)organisaties aan het woord laten om hun visie op de problematiek te expliciteren. We zullen ons hierbij richten op experten uit de alcohol- en drughulpverlening, politie, wijkgezondheidscentra, welzijnswerk, justitiehuizen, onthaalcentra voor dak- en thuislozen, allochtone verenigingen,…. Tijdens deze focusgroepen zullen de bevindingen uit de voorafgaande onderzoeksfasen onder de vorm van stellingen voorgelegd worden. Het accent ligt hierbij op het formuleren van aanbevelingen met het oog op het wegwerken van de moeilijkheden die etnisch-culturele minderheden ervaren bij hun contacten met hulpverleningsinstellingen.

Uiteindelijk zal dit onderzoeksproject resulteren in een eindrapport dat de vertegenwoordiging van etnisch-culturele minderheden in verschillende zorgstructuren beschrijft, inclusief de moeilijkheden die ze ervaren en de eventuele uitsluitingsmechanismen die op dit vlak spelen. Tevens is het de bedoeling een folder of draaiboek te maken met praktische richtlijnen en aanbevelingen voor het werkveld. Tenslotte zullen de onderzoeksresultaten verspreid worden via publicaties in vaktijdschriften en lezingen op studiedagen en congressen.

Documentatie :


  • DR/28 op de Drugs website

    Zorgtrajecten van druggebruikers uit etnisch-culturele minderheden ; samenvatting    Brussel : Federaal Wetenschapsbeleid, 2008 (SP1895)
    [Om te downloaden

    Trajectoires de soins des usagers de drogues d'origine étrangère : résumé    Bruxelles : Politique scientifique fédérale, 2008 (SP1896)
    [Om te downloaden

    Treatment trajectories of drug users from ethnic minority groups : summary    Brussels : Belgian Science Policy, 2008 (SP1897)
    [Om te downloaden

    Etnisch-culturele minderheden in de verslavingszorg : eindrapport = Les minorités ethnico-culturelles et le traitement des problèmes de drogues : rapport final    Brussel : Federaal Wetenschapsbeleid, 2010 (SP2171)
    [Om te downloaden