NL FR EN
www.belgium.be

Duurzaamheid van de tropische bosbiodiversiteit en de diensten onder druk van klimaatsverandering en menselijke activiteiten (BIOSERF)

Onderzoeksproject SD/AR/03A (Onderzoeksactie SD)

Personen :

  • Dr.  HAMBUCKERS Alain - Université de Liège (ULiège)
    Coördinator van het project
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 1/4/2011-31/3/2015
  • Dr.  DENDONCKER Nicolas - Facultés Universitaires Notre-Dame de la Paix (FUNDP)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 1/4/2011-31/3/2015
  • Dr.  BEUDELS Roseline - Koninklijk Belgisch Instituut voor Natuurwetenschappen (KBIN)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 1/4/2011-31/3/2015
  • Dr.  VAN DAMME Patrick - Universiteit Gent (UGent)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 1/4/2011-31/3/2015
  • Prof. dr.  FRANCOIS Louis - Université de Liège (ULiège)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 1/4/2011-31/3/2015

Beschrijving :

We kunnen met zekerheid stellen dat vandaag de dag tropische wouden verdwijnen of degraderen aan een verontrustend tempo. Ook de leek is er zich van bewust dat de grootste dreiging voor het bos, de ontbossing is. Naast hout als grondstof zijn bosecosystemen verantwoordelijk voor tal van andere nuttige diensten (ecosystem services). De bosomgeving voorziet in talloze grondstoffen : bos-landbouw, de jacht of het verzamelen van planten en andere producten voor verschillende doeleinden ; maar bezit ook regelerende functies waardoor o.a. zuiver water en zuurstof gegenereerd worden. Deze ‘diensten’ dragen in grote mate bij tot het welzijn van de mens. Naast de houtexploitatie, is het verlies van bepaalde ecosysteemdiensten door het veranderen van sommige traditionele praktijken een tweede belangrijke bedreiging voor het overleven van het woud. Socio-economische veranderingen ten gevolge van demografische verschuivingen, veranderende vraag naar bepaalde producten (medicinale planten, bushmeat, etc.), de aanleg van wegen en de daaraan gekoppelde nieuw ontstane markten, etc. Deze veranderingen verhogen de druk op het bos en de gemeenschappen. Het wordt gefragmenteerd, de bodemsamenstelling verandert, de biodiversiteit gaat achteruit. Deze omstandigheden evolueren naar het verdwijnen van bepaalde ecosysteemdiensten en naar de fragmentatie van andere. Hierbij komt nog de onzekerheden gepaard aan het veranderende klimaat.

De vraag stelt zich of het mogelijk is om een bepaald optimaal traject van een bosecosysteem onder humane druk te herkennen en te modeleren, waarbij de biodiversiteit en het welzijn van de hieraan gelieerde gemeenschappen behouden blijven. Om gedeeltelijk op zo’n vraag te kunnen antwoorden, moeten we enerzijds de groei en de regeneratie van het woud in rekening brengen, maar moeten we ook de interactie van mens en bos begrijpen. Deze twee aspecten zullen het onderwerp zijn van de werkzaamheden in het veld. De verzamelde informatie zal gebruikt worden in een mathematisch model.

Het project heeft als studiegebied de laagland zone van het Congo bekken, in het Lac Télé – Lac Tumba landschap - waar ook WWF actief is - , het grootste moeras – en moerasbos-gebied van Afrika. Meer specifiek, in het ongeveer 78.972 km2 grote deelgebied gesitueerd in de Equateur provincie van de DR Congo. De enorme biologische waarde van het gebied is welgekend. Zowel WWF België, WWF Congo, de Belgische Technische Coöperatie (BTC), en het CARPE programma (Central African Regional Program for the Environment) gefinancierd door USAID (United States Agency for International Development), financieren er of voeren er programma’s en projecten uit ter bevordering van de biodiversiteit, ontwikkelingshulp en milieustudies. De Congolese autoriteiten werken er samen met ngo’s en studiebureaus aan een project rond landgebruik en ruimtelijke planning. Men heeft zo beschermde zones aangeduid, gemeenschappelijk onderhouden bossen , en zones voor houtexploitatie. Het landschap kent vele verschillende en contasterende leefgebieden zoals bossen op ‘droge’ ondergrond (terra firme), moerasbossen, bossen die seizoenaal overstromen, savannes, en graslanden langs de Congo-rivier en z’n vele zijrivieren. Er zijn recent gedeeltelijke botanische en zoologische studies uitgevoerd, maar veel aspecten (vegetatie, plantengebruik) moeten. nog verkend worden. Wat betreft de grote zoogdieren heeft men de aanwezigheid van vele primaatsoorten gerapporteerd, maar ook bosolifanten, de Afrikaanse buffel, het luipaard en wilde zwijnen komen er voor. Slecht aangepaste landbouwtechnieken (slash-and-burn, shifting cultivation), niet-duurzame oogst van bosproducten, illegale houtkap en overbevissing en jacht zijn verantwoordelijk voor de enorme menselijke druk op het ecosysteem.


Beschrijving van het project

 Doelstellingen
De algemene doelstellingen van het project zijn het verkennen van een socio-economisch-ecologisch systeem, waarbij het accent op ecosyteemdiensten en de duurzaamheid ervan ligt, en dit in een tropisch regenwoud onder toenemende menselijke druk. Om dit te verwezelijken maken we gebruik van wiskundige modellen. Het project zal twee ruimtelijk-dynamische modellen integreren, het dynamisch vegetatie-model en een zogenaamde ABM (agent-based model). De modellen zullen worden aangepast aan de specifieke kenmerken van het tropisch bos-ecosysteem en aan de levensomstandigheden van de plaatselijke gemeenschappen en zullen gekoppeld worden, zodat de simulaties van de ene model een input zijn voor het andere model en vice versa. Informatie resulterend uit het veldwerk in de regio zal de modellen voeden. We zullen ons voor het botanische luik van het project richten op een 5-tal indicator-boomsoorten en hun interactie met het dierlijk leven. Daarnaast zullen we de interactie tussen mens en natuur en het menselijk gedrag met betrekking tot landgebruik en het gebruik van de omgeving nader onderzoeken. De originaliteit van het onderzoek ligt in de combinatie van het synthetiseren van sociale, ecologische en economische informatie met als doel een holistische kijk op de duurzaamheid van ecosysteemdiensten in het tropisch regenwoud.

De specifieke objectieven van het project zijn de volgende:

• Bestuderen van de fysische en biologische processen die de regeneratie van het bos-ecosysteem, met name het dispersievermogen van de geselecteerde boomsoorten die voor hun verspreiding afhankelijk zijn van de aanwezige fauna (gewervelde planteneters). Jacht/stroperij, habitat versnippering (o.a. door wegen), en een te grote pluk van vruchten hebben allen een negatieve invloed op de verjonging van deze soorten.

• Het identificeren en kwantificeren van een aantal ecosysteemdiensten (direct en indirect), door het regenwoud gegenereerd aan de lokale gemeenschappen in de huidige sociaal-economische toestand. De selectie van deze sleutel-ecosysteemdiensten om nader te bestuderen zal worden gebaseerd op zowel bevraging als cartografie en pGIS (participatory GIS) onder en met de lokale actoren.

• Het bestuderen van de invloed van de menselijke impact op de ecosysteemdiensten die het regenwoud voortbrengt en mogelijke toekomstige scenario’s, dit met behulp van de gekoppelde DVM-ABM modellen en onder verschillende klimatologische, demografische en sociaal-economische situaties. Voor elk scenario zal een duurzaamheidstudie worden uitgevoerd.

 Methodologie
Het project bestaat uit 6 hoofdwerkpakketten en 2 transversale werkpakketten (fig. 1). Het is opgebouwd rond de drie concrete doelstellingen die eerder werden geformuleerd waaraan de specifieke doelstelling van verspreiding van de resultaten aan de lokale belanghebbenden werd toegevoegd.

De eerste specifieke doelstelling: ‘Het bestuderen van de fysische en biologische processen die de regeneratie van het bos-ecosysteem beheersen’ is ontwikkeld in WP2 (Vegetatie-analyse) en WP3 (Fauna-analyse). Deze twee werkpakketten zijn gericht op het verzamelen van gegevens over de fysische en biologische processen die de werking en regeneratie van het bos regelen. Veldwerk zal zich concentreren op het verzamelen van informatie over de densiteit van 5 nuttige (in termen van ecosysteemdiensten) boomsoorten, de zaadzetting, de groei en over de aard en densiteit van de fauna, verspreiders van hun zaden. Een literatuurstudie zal deze informatie vervolledigen (gemiddelde dagelijkse verplaatsingen van de fauna, de geografische spreiding van de 5 boomsoorten, etc.). Deze gegevens zullen worden gebruikt om het dynamische vegetatiemodel (DVM) CARAIB aan te passen, zodat het in staat is toekomstige evolutiescenario’s van de bossen in het Lake Tele - Lake Tumba landschap te simuleren.

De tweede specifieke doelstelling: ‘Het identificeren en kwantificeren van ecosysteemdiensten’ zal hoofdzakelijk worden uitgevoerd binnen de werkpakketten WP1 (sociaal-economische analyse) en WP4 (Waardering van ecosysteemdiensten). Het werkpakket WP1 zal sociaal-economische informatie rond landgebruik en demografische informatie aan het project leveren. WP4 zal leiden tot een kwantitatieve beoordeling van de ecosysteemdiensten in het bestudeerde landschap. Hiertoe zullen het dynamische vegetatiemodel (DVM) en het multi-actor model (ABM) aan elkaar gekoppeld worden.

De derde specifieke doelstelling: ‘het bestuderen van de invloed van de menselijke impact op de ecosysteemdiensten die het regenwoud voortbrengt en mogelijke toekomstige scenario’s is het onderwerp van WP5 (Sustainability Assessment). Verschillende sociaal-economische scenario's zullen worden gegenereerd en bestudeerd en in combinatie met de beschikbare klimaatscenario’s zal dit leiden tot een aantal fysische en biologische kaarten met als central thema het toekomstige landgebruik (2020, 2030, 2040 en 2050). Deze kaarten zullen de basis vormen voor de beoordeling van de mogelijkheid voor duurzame ontwikkeling.

De extra doelstelling "verspreiding van de resultaten aan de lokale stakeholders" zal worden gerealiseerd door o.a. de organisatie van een wetenschappelijke seminar op het einde van het project waar de belangrijkste resultaten zullen worden gepresenteerd en besproken met lokale belanghebbenden of hun vertegenwoordigers en met plaatselijke ngo’s. De bevindingen van het project (WP6, Synthese en aanbevelingen) zullen worden gesynthetiseerd in een wijdverspreid verslag. WP8 is ook gewijd aan de voortdurende disseminatie van de resultaten o.a. d.m.v. de opstart van een project-website.

lk werkpakket wordt gecoördineerd door een onderzoeksteam (ULg-ENV: laboratorium voor gedragsbiologie, departement Wetenschap en Milieu Management, Universiteit Luik; ULg-UMCCB: Unit modellering van klimaat en de biogeochemische cycli Universiteit Luik; FUNDP: Departement Geografie Universiteit Notre-Dame de la Paix, Namen; UGent: Laboratorium voor Tropische en Subtropische Landbouw en Etnobotanie, Universiteit Gent; RBINS: Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen, België)

 Interactie tussen de verschillende partners

De coördinator van een bepaald werkpakket staat voor de hoofdonderzoeker die wordt bijgestaan door (een) ander€ team(s) wanneer er sprake is van directe samenwerking.


 Verwachte resultaten en/of producten

WP1: Een lijst van nuttige gebruiksplanten met prioriteits-ranking, een lijst van ecosysteemdiensten met socio-economische evaluatie (key ecosystem services), stakeholder typologiën (actoren in het ABM model) geïdentificeerd, demografische gegevens waaronder de populatiedynamiek en verwachte en huidige stand van het regenwoud en ecosysteemdiensten.

WP2: Gegevens over zaadzetting, densiteit en groei van de 5 geselecteerd soorten. Verbeterd (aangepast aan de studiezone) dynamisch vegetatiemodel.

WP3: Gegevens over de verspreidingssnelheid en afstanden van de zaden van de geselecteerde boomsoorten. Aanpassing in het DVM.

WP4: Validatie en evaluatie van de ecosysteemdiensten; kaarten omtrent ecosysteemdiensten en landgebruik voor de huidige situatie, de koppeling van het DVM-model en het ABM-model.

WP5: Kaarten die uitdrukking geven aan landgebruik, biofysische parameters, druk op de biodiversiteit en ecosysteemdiensten in toekomstige situaties volgens verschillende scenario’s (2020, 2030, 2040, 2050).

WP6: Een verslag over de bevindingen van de workshop ter distributie aan lokale ngo’s, lokale autoriteiten, Belgische ontwikkelingssamenwerking, enzovoort.

 Dessiminatie

Er zal een website gelanceerd worden ter bevordering van de interne communicatie, verspreiding van informatie, kaarten, etc. tussen de partners, maar ook daarbuiten. Toegang tot het grote publiek wordt beoogd. De belangrijkste resultaten zullen worden meegedeeld aan de pers. Een regelmatige output aan kwalitatieve publicaties in internationale wetenschappelijke tijdschriften moeten in hoge mate bijdragen aan de transparantie van het project. De partners zullen ook hun resultaten in internationale wetenschappelijke bijeenkomsten voordragen.

We zullen een samenwerking tot stand brengen met een expert wetenschappelijke documentaires/ filmmaker. Het doel is hier om verschillende reportages te draaien die de aandacht vestigen op de activiteiten van het project. Deze kunnen helpen bij de bewustwording van het project bij het publiek.


Partners


 Activiteiten

Ulg-ENV : Ulg-ENV: laboratorium voor gedragsbiologie, departement Wetenschap en Milieu Management, Universiteit Luik. Deze onderzoeksgroep richt zich op gedragsecologie zowel op individueel als op populatie-niveau. De unit bestaat uit drie laboratoria: Ethologie van vissen en amfibieën, demografie van vissen en hydrologie, en een onderzoeksgroep gespecialiseerd in primatologie. De primatologie subgroep richt zich voornamelijk op habitatstudies, maar recent ook in de richting van door de mens gestoorde omgevingen met problemen van conservering en restauratie.

FUNDP : Departement Geografie Universiteit Notre-Dame de la Paix, Namen. Dit laboratorium is voornamelijk betrokken bij de ontwikkeling van het ‘agent-based model’ ABM om landgebruik te simuleren. Deze modellen helpen de interactie van een individu of een gemeenschap met zijn omgeving te begrijpen en processen die leiden tot veranderingen in de milieukwaliteit te verkennen. Een participatieve aanpak is van tel aangezien de actoren betrokken zijn van het begin tot het einde van de projecten. We kunnen evalueren wat de effecten van veranderingen in het landschap op de ecosysteemdiensten zijn en suggesties doen rond duurzame ontwikkeling.

Ulg-UMCCB : Unit modellering van klimaat en de biogeochemische cycli, Universiteit Luik. Dit team bestudeert CO2 fluxen, ontwikkelt modellen die uitloging vanuit rotsen, de koolstofcyclus met nadruk op de vegetatiedynamiek en het paleoklimaat simuleren. De modellen worden toegepast op problemen in het verleden (reconstructie van het vroegere plantaardig leven, de invloed van vegetatie op klimaat) of op hedendaagse problemen (invloed van toekomstige klimaatscenario’s op de verspreiding van plantensoorten, op de primaire productie, op bosbranden, etc.)

Ugent : Laboratorium voor Tropische en Subtropische Landbouw en Etnobotanie, Universiteit Gent. Het laboratorium voert onderzoek naar een brede waaier aan landbouwkundige en socio-economische thema's in tropische en subtropische streken: agro-ecofysiologie van planten in (semi-) ariede gebieden, agrobiodiversiteit, etnobotanie , domesticatie en nieuwe teeltontwikkeling, duurzame landbouwsystemen, waterbeheer, marktintegratie van kleinschalige landbouwers - studie van value chains, etc. Ons labo tracht hierbij bruggen te slaan tussen het academisch onderzoek en de toepassingen door overheden, ngo’s, en andere actoren in de rurale ontwikkeling van tropische en subtropische landen.

RBINS (Royal Belgian Institute of Natural Sciences) : Koninklijk Instituut voor Natuurwetenschappen, België. Deze onderzoeksgroep richt zich op bevolking biologie, ecologie, ethologie en de conservatiebiologie. Studies in deze domeinen hebben aangepaste methodologieën gegenereerd voor de analyse en het tegenhouden van het uitsterven van soorten, volgens patronen van detectie en omkeren van degradatie; identificatie van vereenvoudiging, regressie of fragmentatie van gemeenschappen van planten en dieren.

Contact informatie

Ulg-ENV : Département des sciences et de gestion de l’environnement de l’Université de Liège – Unité de biologie du comportement
Naam: Alain HAMBUCKERS
Functie: diensthoofd
Adres: Quai Van Beneden 22, 4020 Liège
Telefoon: 04 366 50 72
Fax: 04 366 51 13
E-mail: alain.hambuckers@ulg.ac.be

FUNDP : Département de géographie des Facultés universitaires Notre-Dame de la Paix dNamur
Naam: Nicolas Dendoncker
Functie: lesgever
Adres: 61 rue de Bruxelles, FUNDP, Namur, Belgium
Telefoon: 081/724478
Fax: 081/724471
E-mail: nicolas.dendoncker@fundp.ac.be

Ulg-UMCCB : Unité de modélisation du climat et des cycles biogéochimiques de l’Université de Liège
Naam: Louis FRANCOIS
Functie: lesgever
Adres: UMCCB, Institut d’Astrophysique et Géophysique, Université de Liège, Bât. B5c, 17, Allée du Six Août, 4000 Liège
Telefoon: 04 366 9776
Fax: 04 366 9711
E-mail: Louis.Francois@ulg.ac.be

Ugent : Laboratorium voor Tropische en Subtropische Landbouw en Etnobotanie, Universiteit Gent.
Naam: Patrick VAN DAMME
Functie: Voltijds hoofddocent
Adres: Fac. Bio-ingenieurswetenschappen, Coupure Links 653, 9000 Gent
Telefoon: 09 264 60 87
Fax: 09 264 62 41
E-mail: Patrick.VanDamme@Ugent.be

RBINS : Section de biologie de la conservation de l’Institut royal des sciences naturelles de Belgique
Naam: Roseline C. BEUDELS – JAMAR
Functie: diensthoofd
Adres: 29 Rue Vautier, 1000 - BRUXELLES
Telefoon: 02 6274354
Fax:
E-mail: roselihe.beudels@naturalsciences.be

Opvolgingscomite

Naam: Dr Ir Hans Beeckman
Functie : Senior scientist
Institutie : Royal Museum for Central Africa
Adres : Leuvensesteenweg 13, 3080 Tervuren
Telefoon: 02 769 5 611
Fax: 2 769 56 42
E-mail: hans.beeckman@africamuseum.be

Naam: Dr Pierre Defourny
Functie: Professeur
Institution : UCL
Adres: ENGE - Croix du Sud 2, bte 16 à 1348 Louvain-la-Neuve
Telefoon: 010 47 23 74
Fax:
E-mail: Pierre.Defourny@uclouvain.be

Naam: Dr Alain Huart
Functie: Expert
Institutie : Belgian Development Agency
Adres : Rue Haute 147 à 1000 Bruxelles
Telefoon: 02 505 37 00
Fax: 02 502 98 62
E-mail: alain_huart@hotmail.com, alain.huart@btcctb.org

Naam: Dr Bila-Isia Inogwabini
Functie:
Institutie : WWF DR Congo
Adres : 14, avenue Sergent Moke, Concession SAFRICAS, Quartier Socimat, Kinshasa / Ngaliema
Telefoon: + 243 81 650 1766
Fax:
E-mail: binogwabini@wwfcarpo.org

Naam: Dr Thierry Lucas
Functie:
Institutie : United Nations Environmental Program
Adres: 14 Rue Montoyer, 1000 Brussels
Telefoon:02 213 30 50
Fax: 02 213 30 51
E-mail: t.lucas@unep.be

Naam: Dr Raymond Lumbuenamo
Functie : Director
Institution : WWF DR Congo
Adres: 14, avenue Sergent Moke, Concession SAFRICAS, Quartier Socimat, Kinshasa / Ngaliema
Telefoon:
Fax
E-mail: rlumbuenamo@wwfcarpo.org

Naam: Dr Filippo Saracco
Functie : Regionaal diensthoofd
Institutie : Délégation de l’Union européenne au Congo
Adres : Boulevard du 30 juin, Immeuble BCDC, B.P. 2699 - Gombe – Kinshasa
Telefoon: + 243 81 33 00 126
Fax : + 243 81 555 46 34
E-mail: filippo.saracco@ec.europa.eu

Naam: Dr Joseph Smitz
Functie : Professeur
Institutie : Université de Liège
Adres: HEC-Ecole de gestion de l'Ulg, Bât. B53 Aquapôle, chemin des Chevreuils 3, 4000 Liège
Telefoon: 04 366 23 54
Fax : 04 366 23 55
E-mail: j.smitz@ulg.ac.be

Naam: Dr François Wakenhut
Functie : Head of unit
Institutie : Commission Européenne – DG Environnement
Adres : 200 rue de la Loi 1049 Brussels
Telefoon: 02 299 11 11
Fax : 02 29 69 557
E-mail: francois.wakenhut@ec.europa .eu

Naam: Dr Karin Zaunberger
Functie : Expert
Institutie : Commission Européenne – DG Environnement
Adres : 200 rue de la Loi 1049 Brussels
Telefoon: 02 296 21 72
Fax : 02 295 05 68
E-mail: karin.zaunberger@ec.europa .eu

Documentatie :

Sustainability of tropical forest biodiversity and services under climate and human pressure (BIOSERF) : final report  Hambuckers, A. - Huynen, M-C. - Jamar-Beudels, R.  Brussels : Belgian Scientific Policy, 2015 (SP2637)
[Om te downloaden

Sustainability of tropical forest biodiversity and services under climate and human pressure (BIOSERF) : annex1  Hambuckers, A. - Huynen, M-C. - Jamar-Beudels, R.  Brussels : Belgian Scientific Policy, 2015 (SP2638)
[Om te downloaden

Sustainability of tropical forest biodiversity and services under climate and human pressure (BIOSERF) : annex2  Hambuckers, A. - Huynen, M-C. - Jamar-Beudels, R.  Brussels : Belgian Scientific Policy, 2015 (SP2639)
[Om te downloaden