NL FR EN
www.belgium.be

Belgian Art on Paper in a European Perspective. 1918-1950 (BePaper)

Onderzoeksproject B2/191/P2/BePAPER (Onderzoeksactie B2)

Personen :

  • Dr.  ROSSI-SCHRIMPF Inga - Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSK)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024
  • Prof. dr.  DRAGUET Michel - Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSK)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024
  • M.  TRUYEN Fred - Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024
  • Prof. dr.  BRU Sascha - Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024

Beschrijving :

PROJECT BESCHRIJVING

Het BePAPER-project geeft een eerste overzicht van de Belgische avant-gardewerken op papier binnen een internationale context tussen 1918 en 1950, d.w.z. tot het begin van CoBrA en de opkomst van de zogenaamde neo-avant-gardes. Zo zal worden bijgedragen tot een betere definitie van de collectiecategorie "moderne werken op papier".

Dit project bestudeert en ontsluit Belgisch avant-gardistisch "werk op papier" (waaronder we autografische, unieke kunstwerken begrijpen die gebruik maken van papier als basismateriaal, zoals tekeningen, aquarellen, collages en papierassemblages) tussen 1918-1950. Het project bouwt voort op de collectie "werk op papier moderne kunst" van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België. Voor de periode van ca. 1918 tot 1950 bevat de collectie ongeveer 2400 losse bladen en schetsboeken, waarvan de helft door Belgische avant-gardekunstenaars is gemaakt. Tot deze kunstenaars behoren de futurist Jules Schmalzigaug, de expressionisten Frits van den Berghe, Joseph Cantré, Gustave De Smet en Constant Permeke, de constructivisten Jozef Peeters, Karel Maes, Felix De Boeck, Victor Servranckx, Edmond van Dooren en Pierre-Louis Flouquet, de surrealisten Paul Delvaux, René Magritte en E.L.T. Mesens en ook de dadaïst Paul Joostens. Naast deze kunstwerken zal de studie in de eerste plaats gebaseerd zijn op fondsen en documentatie uit het Archief voor Hedendaagse Kunst in België (AHKB), het Archief van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (AKMSKB) en de museumbibliotheek.

De belangrijkste doelstelling van het project is te onderzoeken waarom en hoe deze grote verscheidenheid aan Belgische, klassieke avant-gardekunstenaars zich tijdens het interbellum tot papier heeft gewend. De eventuele late toe-eigeningstendensen binnen de Belgische avant-gardes en de opkomst van trends die reeds wijzen op de neo-avant-gardes zullen hiervan geïsoleerd worden.
Hoewel een beperkt aantal (symbolistische) kunstenaars reeds voor 1918 hoofdzakelijk op papier werkten, is het pas tijdens het interbellum dat vernieuwende Belgische kunstenaars massaal van het medium gebruik gingen maken, een geheel andere situatie dan in buurlanden zoals Frankrijk of Duitsland.

Ondanks het laat tot bloei komen, werd de kunst op papier van de Belgische avant-garde indertijd alom erkend en kreeg ze een grote Europese bekendheid. In kleine tijdschriften, galerijen en tentoonstellingen verscheen deze avant-gardekunst over het hele continent - in landen als Nederland, Duitsland, Frankrijk, Italië, Hongarije en Oostenrijk maar ook in Polen, Roemenië en Bulgarije.

Het project BePAPER focust specifiek op België en is gebaseerd op (monografische) studies en publicaties over Belgische kunstenaars van de klassieke of historische avant-garde en hun netwerken. Er wordt uitgegaan van de hypothese dat het overschakelen van de avant-garde naar kunst op papier een essentieel en integraal onderdeel was van hun project om de kunst te vernieuwen. Klassieke avant-garde kunstenaars staan immers bekend om hun neiging grenzen te doen vervagen en het kunstinstituut uit te dagen. In tegenstelling tot hun voorgangers beschouwden zij kunst op papier niet als ondergeschikt aan de schilderkunst of beeldhouwkunst. Door het maken van assemblages, collages, verbo-visuele en andere experimenten transformeerden ze ‘kunst op papier’ tot een volwaardige kunstcategorie, een nieuw experimenteerterrein dat nodig bestudeerd, ontsloten en gepromoot dient te worden.

In de tweede plaats is het de bedoeling de KMSKB-collectie ‘werken op papier’ beter te ontsluiten. Dit zal enerzijds verwezenlijkt worden via het kunsthistorisch onderzoek en anderzijds door het communiceren hieromtrent via open data oplossingen. Binnen het kader van dit project zal de conservator hiervoor samenwerken met de ploeg van het Digitaal Museum (KMSKB). Er zal worden onderzocht wat de mogelijkheden zijn om het wetenschappelijk onderzoek permanent online ter beschikking te stellen (Open Science) en op één lijn te brengen met de FAIR principes voor Research Data Management (Findability, Accessibility, Interoperability and Reusability). Het BePAPER project is de perfecte use case om na te gaan in hoeverre de theorie van open data in de praktijk kan worden omgezet binnen de huidige werking van de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten en om uit te zoeken welke de eventuele hindernissen zijn en hoe die te overwinnen. Deze aanpak beperkt zich niet enkel tot data management maar zorgt ook beleidsmatig voor de nodige uitdagingen, niet in het minst bij de aanpak van de copyrightproblematiek.

Diverse outreach-evenementen, zoals conferenties, publicaties of tentoonstellingen, zullen zich zowel op een wetenschappelijk publiek
(+ studenten) als een breder publiek richten.