NL FR EN
www.belgium.be

Basic income in Belgium: stress-testing basic income in the digital era (BABEL)

Onderzoeksproject B2/191/P3/BABEL (Onderzoeksactie B2)

Personen :

  • M.  VAN LANCKER Wim - Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024
  • M.  VANDERBORGHT Yannick - Facultés Universitaires St.-Louis (FUSL)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024
  • M.  MARX Axel - Katholieke Universiteit Leuven (KU Leuven)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024
  • Dhr.  MARX Ive - Universiteit Antwerpen (UA)
    Betoelaagde Belgische partner
    Duur: 15/12/2019-15/3/2024

Beschrijving :

PROJECT BESCHRIJVING

Context en onderzoeksdoelstellingen
Een basisinkomen (BI) wijkt radicaal af van traditionele openbare voorzieningen, omdat het de link tussen bijdrage en uitkering enerzijds en tussen behoefte en uitkering anderzijds verbreekt. Hoewel een BI vaak wordt gepresenteerd als een eenvoudig idee, eindigt het bespreken van concrete beleidsvoorstellen al snel in een Toren van Babel-achtig argument. In veel van deze debatten blijkt dat voorstanders, en respectievelijk tegenstanders, vaak verschillende soorten BI-schema's in gedachten hebben bij het bepleiten of bekritiseren van het idee. Het is echter vrij duidelijk dat de feitelijke resultaten van een BI in hoge mate afhankelijk zullen zijn van het concrete beleidsontwerp in termen van aanspraak, toelatingscriteria, uitkeringsniveaus, financiering en uitvoeringsmodaliteiten. Deze aspecten zullen van grote invloed zijn op de mate waarin een BI betaald werk of welk werk dan ook zal aan- of ontmoedigen, de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen in werk en zorg vergroot of verkleint en een einde maakt aan de talloze problemen in verband met inkomensafhankelijke sociale uitkeringen. Helaas ontbreekt het ons bij veel van deze uitkomsten aan empirisch onderzoek. Dat is de belangrijkste focus van het Basic income in BELgium (BABEL) project.

Het BABEL-project streeft ernaar de kloof tussen droom en daad te dichten wat het basisinkomen betreft. Het project heeft verschillende doelstellingen. Ten eerste wil het de daadwerkelijke arbeidsaanbodeffecten van BI onderzoeken. Daartoe wordt een quasi-experimentele benadering toegepast, waarbij we administratieve gegevens gebruiken om de effecten op het arbeidsaanbod van BI te schatten op basis van wat het dichtst in de buurt komt van een reële basisinkomensituatie: de Belgische Win-for-Life loterij. Ten tweede wordt, om de potentiële effecten van BI en zijn verschillende varianten in te schatten, een uitgebreide microsimulatieoefening uitgevoerd om de eerste-orde inkomensverdelings- en budgettaire effecten van een reeks BI-voorstellen en hun effect op arbeidsprikkels in België te schatten. Ten derde zal het project, door het uitvoeren van vignette-experimenten, een dieper inzicht krijgen in de publieke steun voor de implementatie van een reeks basisinkomensvoorstellingen in België, en of en in hoeverre de publieke steun voor verschillende basisinkomensvoorstellingen afhankelijk is van hun resultaten, financiering en implementatiedetails. Ten vierde zal het BABEL-project de nodige aandacht besteden aan de uitvoering ter plaatse en de technische en administratieve haalbaarheid van een selectie van voorstellen voor basisinkomensbeleid, en zal er nagegaan worden in hoeverre politieke partijen en sociale partners als poortwachters in de Belgische verzorgingsstaat bereid zijn de uitvoering van deze regelingen te steunen. Ten slotte zal het project een blauwdruk presenteren van trajecten voor basisinkomensvoorstellen die (1) waarschijnlijk voldoende steun zullen krijgen van het grote publiek en de sociale partners; (2) leiden tot betere resultaten op het gebied van sociale bescherming en arbeidsprikkels; en (3) een haalbare hervorming van de welvaart in België kunnen inspireren.

Methodologie
Werkpakket (WP) 1. Een taxonomie van Basisinkomen-varianten
Dit eerste werkpakket is het fundament van het project. In samenspraak met het follow-up comité en de maatschappelijke partners worden een aantal basisinkomenscenario’s geselecteerd die in de volgende werkpakketten empirisch onderzocht zullen worden.

Werkpakket (WP) 2. De gevolgen van de implementatie van het basisinkomen: een microsimulatieoefening
Met behulp van de meest nauwkeurige microsimulatiemodellering die beschikbaar is, zullen we de herverdelings- en fiscale effecten van de eerste orde van verschillende BI-voorstellen (geselecteerd in WP1) beoordelen in vergelijking met de huidige baseline. We zullen gebruik maken van EUROMOD, een geavanceerd microsimulatiemodel dat de concrete beleidsontwerp vastlegt van de Belgische uitkeringen en de directe belastingen en sociale premies. Het model draait op de EU-SILC, een representatieve steekproef van huishoudens. Als statisch model is EUROMOD bijzonder nuttig voor de analyse van de "day-after" -effecten van een beleidshervorming op de niveaus van armoede en ongelijkheid, evenals op de totale uitgaven en fiscale vereisten. EUROMOD is ook zeer nuttig om de impact van belasting- / uitkeringshervormingen op arbeidsprikkels in te schatten, aangezien het de berekening van de deelnemingsbelastingtarieven (PTR) en de marginale effectieve belastingtarieven (METR) voor elk gesimuleerd beleidsscenario in vergelijking met de basislijn mogelijk maakt.

WP 3. Het schatten van de effecten op het arbeidsaanbod in een reële omgeving: de W4L-loterij
We maken gebruik van gegevens van de Win for Life loterij, waarbij winnaars op individuele basis een levenslange, onvoorwaardelijke, maandelijkse en contante betaling ontvangen. Met behulp van dit natuurlijke experiment kunnen we de causale effecten op de werkgelegenheid van het ontvangen van een BI beoordelen. De huidige 650 winnaars worden gekoppeld aan administratieve panelgegevens over de sociaaleconomische trajecten van deze personen, evenals aan basisinformatie over de leden van hun huishouden. We trekken ook dezelfde gegevens voor een controlegroep.

Vervolgens passen we een zogenaamde differences-in-differences -schatter (DID) toe om het verschil in arbeidstrajecten tussen controle en behandelgroep te schatten. We verzamelen gegevens voor behandelings- en controlegroepen een jaar voor (T0) en zes maanden (T1) en twee jaar na (T2) het winnen van W4L om wat tijd vrij te maken voor het aanpassen van gedrag. De variatie in de hoogte van de uitbetaalde bedragen kan ook worden benut om te testen of hogere of lagere bedragen het arbeidsaanbod op verschillende manieren beïnvloeden. De analyses worden gecontroleerd voor het jaar van winnen en voor elementaire individuele en huishoudelijke kenmerken zoals geslacht, leeftijd, aantal kinderen, burgerlijke staat en opleidingsniveau. Ook kunnen we kijken naar effecten van het huishouden (arbeidsmarktgedrag van secundaire verdieners). Om ervoor te zorgen dat deelname aan loterijen sociaal gelaagd en kwetsbaar is voor selectie-effecten, zal een tweede controlegroep zorgvuldig worden geselecteerd met behulp van Propensity Score (PS) met één-op-één matching. DID en PS zijn complementaire methoden om rekening te houden met mogelijke selectiebias.

WP 4. Inzicht in populaire ondersteuning voor BI: het faculteit-vignetonderzoek
Om de opinies over de multidimensionaliteit voor alle geselecteerde BI-schema's (cf. WP1) in kaart te brengen in termen van verschillende kenmerken, resultaten en modaliteiten, zullen we een online factorial vignette survey ontwikkelen en implementeren. Respondenten worden geconfronteerd met beschrijvingen (vignetten) van hypothetische maar realistische BI-scenario's waarin zowel de beleidsopzet als de beleidsresultaten willekeurig verschillen over vignetten. Elke respondent moet een aantal van deze vignetten lezen en de respectievelijke BI-scenario's beoordelen op een schaal die varieert van volledige oppositie tot volledige goedkeuring. Op deze manier kunnen we onderzoeken of experimentele manipulaties van de kenmerken en resultaten van een bepaald BI-beleid het ondersteuningsniveau ervoor beïnvloeden; hoe verschillende BI-dimensies interageren met de achtergrondkenmerken van mensen, en of sommige sociaal-demografische of ideologische groepen sterker reageren op bepaalde dimensies van een BI-beleid. Respondenten worden geworven via een online steekproef van de Belgische bevolking. Daarnaast is een specifieke sub-steekproef van vakbondsleden voorzien. Het aantal vignetten per respondent en het daarbij behorende vermogen wordt bepaald op basis van de gerealiseerde steekproefomvang.

WP 5. De bouten en moeren van hervorming van de welvaart: institutionele analyse
In WP5 identificeren we de politieke beperkingen en mogelijkheden om (verschillende) BI-scenario's daadwerkelijk te implementeren in de Belgische verzorgingsstaat. Daarbij putten we uit kwalitatieve benaderingen, waaronder semi-gestructureerde interviews en focusgroepen met belangrijke spelers zoals ambtenaren die de details van bepaalde voordelen en uitkeringen kennen, vakbonden en werkgeversorganisaties als poortwachters van het socialezekerheidsstelsel, en vertegenwoordigers van politieke partijen. We gebruiken ook tekstanalyses van secundaire bronnen zoals interne rapporten, werkdocumenten, pamfletten en memoranda van politieke partijen en de sociale partners. Tenslotte stellen we een nieuwe database (BABELIS) samen met gedetailleerde informatie over de kenmerken van uitkeringen in de Belgische verzorgingsstaat en in hoeverre deze uitkeringen afwijken van BI-principes. Dit wordt gedaan om de politieke en technische kosten van de overgang naar een BI in België in te schatten, rekening houdend met de meerlagige structuur van de Belgische verzorgingsstaat met regionale, lokale en federale bevoegdheden in deze domeinen.

Potentiële impact van het onderzoek
Op een geïntegreerde manier en met een sterke valorisatie door zowel wetenschappers als sleutelfiguren in de Belgische verzorgingsstaat zal het BABEL-project beleidsmakers expliciet informeren over de arbeidsaanbodeffecten van verschillende BI-beleidsvoorstellen, hun effect op levenslang leren, entrepreneurship en andere arbeidsmarktbeslissingen in moderne welvaartsstaten. Het zal een stevige empirische basis bieden om op een geïnformeerde manier de effecten van verschillende BI-voorstellen op de armoede en de ongelijkheid, het fiscale budget, en de publieke steun van het brede publiek in te schatten. Ten slotte zal het BABEL-project haalbare beleidstrajecten beschrijven voor die BI-voorstellen die wenselijke uitkomsten hebben en publieke steun genieten, met name hoe ze kunnen worden geïmplementeerd in de bestaande sociale zekerheid in België. Impliciet zal het project innovatieve en inspirerende onderzoeksresultaten opleveren die ander onderzoek en experimenten over een BI in andere contexten kunnen inspireren.